maandag 25 juli 2011

Geen blauwe en witte boorden maar groene vingers.

Als fervent tuinierster lees ik in Trouw : "De meeste Nederlanders willen een huis met een tuin. Dat heb ik niet zelf bedacht, dat blijkt uit onderzoek. Want vergis je niet: ieder jaar wordt grondig bekeken wat wij in onze tuin doen en laten. Hoe kunnen verkopers van planten en tuinartikelen anders te weten komen wat wij bereid zijn aan te schaffen? Oké, we willen dus een huis met een tuin. We zitten graag buiten en ook huisdieren, kinderen en barbecues doen het in de open lucht beter dan binnenshuis. Jammer alleen dat er in een tuin gewerkt moet worden, want daar - zo laten diezelfde onderzoeken zien - hebben tuineigenaren veelal niet zo'n zin in. Wat ze willen is een tuin met planten die op eigen kracht groeien, ook zonder dat ze voorzien worden van water en mest; planten die immuun zijn voor enge aandoeningen en nog engere beestjes. Plantenschapen met vijf poten dus. Maar waar vind je die?" Een schaap met vijf poten, wáár heb ik dat meer gehoord?

De 7 tips die je in het artikel kan lezen:


  1. Doe geen impulsaankopen in het tuin-en plantencentrum maar maak een plan en een bijbehorend boodschappenlijstje.
  2. Om een ongezellige tuin op te vrolijken koop je vooral een zakje "Oost-Indische Kers".
  3. Voor deze plant hoef je eigenlijk niets te doen, want hoe slechter deze plant het heeft hoe beter hij bloeit.
  4. Er zijn zoveel soorten Oost-Indische Kers, dat het wel raar moet lopen wil er niets leuks tussen zitten.
  5. De bladeren, onrijpe zaden en bloemen zijn eetbaar, maar de bladeren blijken ook goed te werken bij wonden, koorts, verkoudheid en blaasontsteking,
  6. Slakken hebben een hekel aan de plant, maar luizen en rupsen zijn er dol op. Zodoende kan je de plant ook gebruiken om andere planten te beschermen
  7. Tenslotte  blijkt de Oost-Indische Kers zijn eigen vuurwerk te maken: 's Avonds kan je de bloemen zien vonken!

Terecht dat de "Oost-Indische Kers" getypeerd wordt als schaap met vijf poten. Zijn veelzijdigheid geeft het terecht dit label. Zo'n plant wil iedereen wel in zijn tuin hebben.Toch zie ik veel meer keurig aangeharkt tuintjes met standaard afrikaantjes, gekunstelde buxusbollen en saaie grasveldjes. Is dat niet de Nederlanse 'tuincultuur"? Na een dag hard werken in de tuin is het netjes aangeharkt, keurig tussen de paden geleid en waarschijnlijk helemaal volgens de laatste trend (TV programma). OERSAAI!!
Wilt u dan niet liever gebruik maken van de nuttige eigenschappen van de Oost-Indische Kers? Je hebt er weinig werk aan, het krijgt een vrolijke tuin, maar het vraagt wel om ruimte en vertrouwen.

Vergelijk de organisatie eens met de tuin. Is het een keurig aangeharkt stukje groen of tiert het onkruid welig? Ben je altijd bezig met de standaard na te bootsen of steek je tijd in het creëren van je eigen sfeer? Welke tuincultuur heeft jouw organisatie? Als we de bovenstaande 7 tips gebruiken:

  1. Maak een plan, want het blijkt dat Oost-Indische Kers in mei gezaaid moet worden. Al zou je het willen, dan zal de plant niet in de december mooie bloemen geven. Zelfs een organische organisatie heeft een plan nodig. Hoe kan je anders goed afstemmen op vraag naar en aanbod in werk? Wanneer een tuincentrum gebruik maakt van onderzoek over onze tuinbeleving, kan het gedrag van uw klanten of cliënten bepalend zijn voor je organisatieplan. Een Omgevings- en strategische fit.
  2. Is er een schaap met vijf poten nodig om uw organisatie op te vrolijken? Welke competenties heeft de medewerker nodig om niet alleen de functie goed uit te kunnen voeren (Persoon-Job fit), maar ook wat is de werk attitude die nodig is om in jouw bedrijf/instelling te werken (Persoon-Organisatie fit)? Bij een juiste afstemming wordt niet alleen het personeel blij omdat ze zinvol en aantrekkelijk werk.
  3. Een keurig aangehakt tuintje kost veel tijd. Het is niet alleen het ontwerpen, het ontwikkelen, het begeleiden, het sturen, maar ook het controleren en beheren. Wat is het je waard? Kan het ook anders dat minder tijdsintensief is? Maak een juiste organisatie fit.
  4. Maak gebruik van diversiteit.Niet alleen benut je dan verschillende eigenschappen en competenties, maar creëer je ook een spannende, uitdagende en aantrekkelijke werkomgeving en werkprocessen. Uw organisatie tiert welig, wanneer u de juiste mensen ruimte en vertrouwen geeft. (interne fit)
  5. Die veelzijdigheid van mensen komt pas tot zijn recht als zij dit kunnen en mogen bewijzen. In een cultuur waar men geen fouten mag maken (hoe lastig ook), kan niets geleerd worden. Personeel wordt een standaard Begonia. Niets mis mee, maar wel een beetje saai en eentonig.
  6. Waarschijnlijk zal niet iedereen aangetrokken worden door de vrijheid om het werk met creatief ondernemerschap zijn/haar werk te zien. Sommige mensen bloeien juist bij een baan tussen 9-5 uur, in hetzelfde gebouw op een vaste werkplek, met als doel 's avonds een opgeruimd bureau of op leeg werkstation. Val niet in de valkuil om van iedere werknemer precies dezelfde arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden te geven om dezelfde output te verwachten. Soms hebben medewerkers goede voorbeelden nodig, om te zien en te ontdekken hoe ze fouten kunnen maken, het anders kunnen doen, en zich aan kunnen passen aan veranderingen. Bescherm je medewerkers waar nodig en zet goede mentoren of helden in!
  7. De Oost-Indische Kers vlamt 's avonds. Niet 's morgens. Wees je bewust van de voorwaarden waaronder jouw medewerkers en jij zelf het beste tot zijn/haar recht komen. Luister naar hen, geef ze aandacht, wees oprecht geïnteresseerd (net als bij je klanten). Laat hen vonken en bloeien. Relatiefit!
Dus laten we maar eens ophouden met het splitsen van taken in blauwe en witte boorden, maar eens kijken naar onze eigen groene vingers. Ruim in je organisatie een plekje in waar de Oost-Indische Kers kan groeien en bloeien. Je hebt er weinig werk aan, maar veel plezier van. Have fun, be AVAfit!



Door Esmeralda de Vries
www.avafit.com

Wordt vervolgd......

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Ik stel uw reactie zeer op prijs! Uw bericht zal worden geplaatst op deze blog, onder het artikel.